Zitting van 15 januari 2024

Openbare zitting

Openbare zitting

1. Goedkeuring notulen en zittingsverslag raad voor maatschappelijk welzijn van 18 december 2023.  Goedgekeurd.

Feiten en motivering

De notulen en het zittingsverslag van de raad voor maatschappelijk welzijn van 18 december 2023 worden aan de raad voor maatschappelijk welzijn voorgelegd. 

Aan de raad voor maatschappelijk welzijn wordt gevraagd deze notulen en het zittingsverslag goed te keuren.

Juridisch kader

●       Decreet lokaal bestuur 22 december 2017, artikel 78

Financiële gevolgen

Niet van toepassing

Besluit

STEMMING :

 Eenparig aangenomen.
 

Artikel 1

De raad voor maatschappelijk welzijn keurt de notulen en het zittingsverslag  van de zitting van  december 2023 goed.

Zitting van 15 januari 2024

Openbare zitting

Openbare zitting

2. Huishoudelijk reglement BCSD.  Goedgekeurd.

Feiten en motivering

Het huishoudelijk reglement voor het bijzonder comité voor de sociale dienst (BCSD) wordt voorgelegd aan de raad voor maatschappelijk welzijn.

Het huishoudelijk reglement bevat de bepalingen omtrent de bijeenroeping, de beslotren vergadering, informatie voor de comitéleden en voor derden, quorum, wijze van vergaderen,  wijze van stemmen, notulen, kader voor dringende steun.

Juridisch kader

●       Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 110 betreffende het huishoudelijk reglement van het bijzonder comité voor de sociale dienst

Financiële gevolgen

Niet van toepassing

Besluit

STEMMING :

 Eenparig aangenomen.
 

Artikel 1

De raad voor maatschappelijk welzijn keurt het huishoudelijk reglement voor het bijzonder comite van de sociale dienst, zoals hieronder integraal toegevoegd, goed:

HUISHOUDELIJK REGLEMENT VOOR HET BIJZONDER COMITE VOOR DE SOCIALE DIENST

BIJEENROEPING

Artikel 1, § 1.

Het bijzonder comité voor de sociale dienst (BCSD) vergadert zo dikwijls als de zaken die tot zijn bevoegdheid behoren het vereisen, en dit in ieder geval om de drie weken op maandagavond om 19.00 uur in de collegezaal van het administratief centrum. De data van de vergaderingen van het BCSD worden bij aanvang van het kalenderjaar vastgelegd. Bij het samenvallen met een vergadering van de gemeenteraad, raad voor maatschappelijk welzijn of een raadscommissie wordt er steeds een alternatieve dag bepaald.

§ 2.

De voorzitter van het bijzonder comité voor de sociale dienst beslist tot bijeenroeping van het bijzonder comité voor de sociale dienst en stelt de agenda van de vergadering vast en verricht het voorafgaand onderzoek van de zaken die worden voorgelegd.

§ 3.

De oproeping wordt verzonden via e-mail. De dossiers die betrekking hebben op de agenda worden ter beschikking gesteld op de wijze voorzien in artikel 3§3 van dit reglement.

§ 4.

De oproeping wordt tenminste vijf dagen voor de dag van de vergadering bezorgd aan de leden van het bijzonder comité voor de sociale dienst. In spoedeisende gevallen kan gemotiveerd van deze oproepingsperiode worden afgeweken.

§ 5.

De oproeping vermeldt in elk geval de plaats, de dag, het tijdstip en de agenda van de vergadering en bevat een toegelicht voorstel van beslissing bij elk agendapunt. De agendapunten moeten voldoende duidelijk omschreven zijn.

§ 6. 

Leden van het bijzonder comité kunnen uiterlijk drie dagen vóór de vergadering punten aan de agenda van het bijzonder comité voor de sociale dienst toevoegen. Hiertoe bezorgen ze hun toegelicht voorstel van beslissing gericht aan de hoofdmaatschappelijk assistent, die de voorstellen bezorgt aan de voorzitter van het bijzonder comité voor de sociale dienst.

§7.

De hoofdmaatschappelijk assistent deelt de aanvullende agendapunten, zoals vastgesteld door de voorzitter van het bijzonder comité voor de sociale dienst, onmiddellijk mee aan de leden van het bijzonder comité samen met de bijbehorende toegelichte voorstellen.

BESLOTEN VERGADERING

Artikel 2, § 1.

De vergaderingen van het bijzonder comité voor de sociale dienst zijn niet openbaar.

§ 2.

Gedurende de hele vergadering kunnen aanwezig zijn:

●                 de voorzitter en de leden van het bijzonder comité, of bij een tijdelijke afwezigheid hun plaatsvervanger;

●                 de vertrouwenspersoon van de voorzitter of een lid van het bijzonder comité voor de sociale dienst, als die daar recht op heeft omdat de persoon wegens een beperking zijn mandaat niet zelfstandig kan vervullen;

●                 de algemeen directeur of plaatsvervangend de directeur burger en welzijn;

●                 de hoofdmaatschappelijk assistent of plaatsvervangend maatschappelijk assistent;

Gedurende de bespreking (niet stemming) van een bepaald punt kunnen aanwezig zijn:

●                 de maatschappelijk werker die met het dossier belast is, en die er wegens bijzondere en uitzonderlijke redenen van vertrouwelijke aard om heeft verzocht, wordt gehoord vooraleer het bijzonder comité een beslissing neemt over de hulpaanvraag in kwestie;

●                 de cliënt die gehoord wenst te worden, eventueel bijgestaan door een vertrouwenspersoon die de cliënt zelf kiest;

●                 een externe deskundige die gehoord wordt op uitnodiging van de voorzitter.

OCMW-raadsleden en de voorzitter en andere leden van het vast bureau die geen lid of voorzitter zijn van het bijzonder comité voor de sociale dienst, kunnen niet aanwezig zijn op de vergaderingen van het bijzonder comité voor de sociale dienst.

§3.

De voorzitter en leden van het bijzonder comité voor de sociale dienst, alsmede alle andere personen die krachtens de wet of het decreet de vergaderingen van het bijzonder comité bijwonen, zijn tot geheimhouding en discretie verplicht. Ook zijn de voorzitter en leden van het bijzonder comité gebonden door het beroepsgeheim.

Comitéleden en hun voorzitter gaan bijzonder voorzichtig om met alle persoonlijke informatie die ze verkrijgen vanuit hun functie. Dat geldt voor alle informatie, ongeacht de wijze waarop ze verkregen is. Een comitélid of voorzitter zwijgt niet enkel over vertrouwelijke zaken, maar zorgt ook dat informatie die hij/zij op papier of elektronisch bezit, niet in handen van derden (familie, andere partijleden, etc.) terecht kan komen.

Een schending kan leiden tot sancties op basis van de deontologische code, eisen tot schadevergoedingen, maar in uiterste gevallen ook tot strafrechtelijk vervolging.

INFORMATIE VOOR DE COMITELEDEN EN VOOR DERDEN 

Artikel 3, § 1.

De agenda en de besluiten van het bijzonder comité voor de sociale dienst worden niet bekendgemaakt aan derden.

§ 2.

De Individuele beslissingen worden meegedeeld aan de hulpaanvrager op de wijze voorzien in de specifieke regelgeving waarop de beslissing betrekking heeft. Is er in de specifieke regelgeving geen dergelijke bepaling voorzien, dan gelden de bepalingen uit de wet tot invoering van het "handvest" van de sociaal verzekerde van 11 april 1995.

§3.

Voor de op de agenda ingeschreven zaken worden voor elk agendapunt de sociale verslagen vanaf de verzending van de oproeping elektronisch ter beschikking gesteld voor de voorzitter en de leden van het bijzonder comité voor de sociale dienst via de beveiligde website.

Het wordt geadviseerd persoonsgevoelige informatie na de zitting van het comité te verwijderen van de beveiligde website. Afprinten, opslaan, fotograferen of screenshots zijn niet toegelaten.

§4.

Aan de voorzitter en de leden van het bijzonder comité voor de sociale dienst moet, op hun verzoek, door de hoofdmaatschappelijk assistent technische toelichting worden verstrekt over de stukken in de dossiers voor de vergadering van het bijzonder comité voor de sociale dienst.

Onder technische toelichting wordt verstaan het verstrekken van inlichtingen ter verduidelijking van de feitelijke gegevens die in de dossiers voorkomen en van het verloop van de procedure. De voorzitter en leden van het bijzonder comité voor de sociale dienst richten hun verzoek aan de hoofdmaatschappelijk assistent of bij afwezigheid aan de vervangend maatschappelijk assistent ten laatste om 09.00u op de dag van het bijzonder comité voor de sociale dienst. Antwoorden worden ten laatste om 16.00u aan de voorzitter en de leden bezorgd.

Alle vragen worden schriftelijk gesteld en beantwoord.

§5.

De voorzitter en de leden van het bijzonder comité voor de sociale dienst hebben het recht van inzage in dossiers, stukken en akten -ongeacht de drager- die het bestuur van het OCMW betreffen via een schriftelijke vraag aan de hoofdmaatschappelijk assistent of vervangend maatschappelijk assistent.

§6.

De briefwisseling gericht aan de voorzitter van het bijzonder comité voor de sociale dienst en die bestemd is voor het bijzonder comité voor de sociale dienst, wordt meegedeeld aan de leden van het bijzonder comité voor de sociale dienst.

§7.

De voorzitter en de leden van het bijzonder comité voor de sociale dienst kunnen, behalve voor de dossiers die betrekking hebben op de persoonlijke levenssfeer van cliënten van het OCMW of hun onderhoudsplichtigen, een afschrift verkrijgen van die dossiers, stukken en akten.

§8.

De voorzitter en leden van het bijzonder comité voor de sociale dienst hebben het recht de instellingen van het OCMW en diensten die het OCMW opricht en beheert te bezoeken tijdens de kantooruren.

Tijdens het bezoek van een inrichting van het OCMW mogen de leden van het bijzonder comité voor de sociale dienst zich niet mengen in de werking. De comitéleden zijn op bezoek en gedragen zich als een bezoeker.

QUORUM

Artikel 4§1.

Vooraleer aan de vergadering van het bijzonder comité voor de sociale dienst deel te nemen, tekenen de voorzitter en de leden de aanwezigheidslijst. De namen van de personen die deze lijst tekenden, worden in de notulen vermeld.

§2.

Het bijzonder comité voor de sociale dienst kan enkel beraadslagen of beslissen als de meerderheid van de zitting hebbende leden (inclusief de voorzitter) aanwezig is.

Indien een kwartier na het vastgestelde uur niet voldoende leden aanwezig zijn om geldig te kunnen beraadslagen, stelt de voorzitter vast dat de vergadering niet kan doorgaan.

§3.

Het bijzonder comité voor de sociale dienst kan echter, als hij eenmaal bijeengeroepen is zonder dat het vereiste aantal leden (inclusief de voorzitter) aanwezig is, na een tweede oproeping, ongeacht het aantal aanwezige leden (inclusief de voorzitter), op geldige wijze beraadslagen en beslissen over de onderwerpen die voor de tweede maal op de agenda voorkomen.

In de oproep wordt vermeld dat het om een tweede oproeping gaat. In de tweede oproeping worden de bepalingen van artikel 26 van het decreet over het lokaal bestuur overgenomen.

WIJZE VAN VERGADEREN

Artikel 5§1.

De voorzitter zit de vergaderingen van het bijzonder comité voor de sociale dienst voor, en opent en sluit de vergaderingen.

§2.

Het laten deelnemen van derde personen aan de vergadering is slechts toegelaten in de gevallen voorzien in art. 4, §2 van dit reglement.

§3.

De voorzitter van het bijzonder comité voor de sociale dienst geeft kennis van de tot het comité gerichte verzoeken en doet alle mededelingen die het comité aanbelangen.

Het bijzonder comité voor de sociale dienst vat daarna de behandeling aan van de punten die vermeld staan op de agenda, in de daardoor bepaalde volgorde, tenzij het comité er anders over beslist.

§4.

Een punt dat niet op de agenda van het bijzonder comité voor de sociale dienst voorkomt, mag niet in bespreking worden gebracht, behalve in spoedeisende gevallen.

Tot spoedbehandeling kan enkel worden besloten door ten minste twee derde van de aanwezige leden (inclusief de voorzitter). De namen van die leden en de motivering van de spoedeisendheid worden in de notulen vermeld.

§5.

Nadat het agendapunt werd toegelicht, vraagt de voorzitter van het bijzonder comité voor de sociale dienst welk lid aan het woord wenst te komen over het voorstel.

De voorzitter verleent het woord naar de volgorde van de aanvragen.

§6.

Indien het bijzonder comité voor de sociale dienst deskundigen wenst te horen, bepaalt de voorzitter van de raad wanneer ze aan het woord komen.

§7.

Het woord kan door de voorzitter niet geweigerd worden voor een rechtzetting van beweerde feiten.

§8.

De amendementen worden vóór de hoofdvraag en de subamendementen vóór de amendementen ter stemming gelegd.

§9.

Niemand mag onderbroken worden wanneer hij spreekt, behalve voor een verwijzing naar het reglement of voor een terugroeping tot de orde.

Als een lid van het bijzonder comité voor de sociale dienst, aan wie het woord werd verleend, afdwaalt van het onderwerp, kan alleen de voorzitter hem tot de behandeling van het onderwerp terugbrengen. Indien na een eerste verwittiging het lid verder van het onderwerp blijft afdwalen, kan hem het woord door de voorzitter ontnomen worden. Elk lid, dat in weerwil van de beslissing van de voorzitter, tracht aan het woord te blijven, wordt geacht de orde te verstoren.

Dit geldt eveneens voor hen, die het woord nemen zonder het te hebben gevraagd en bekomen, en die aan het woord blijven in weerwil van het bevel van de voorzitter.

Elk scheldwoord, elke beledigende uitdrukking en elke persoonlijke aantijging worden geacht de orde te verstoren.

§10.
De voorzitter is belast met de handhaving van de orde in de vergadering.

Van de handelingen die hij in dit verband stelt, wordt melding gemaakt in de notulen.

Elk comitélid dat de orde verstoort, wordt door de voorzitter tot de orde teruggeroepen. Elk lid dat tot de orde werd teruggeroepen, mag zich verantwoorden, waarna de voorzitter beslist of de terugroeping tot de orde gehandhaafd of ingetrokken wordt.

§11.
Geen enkel comitélid mag meer dan tweemaal het woord nemen over hetzelfde onderwerp, tenzij de voorzitter er anders over beslist.

§12.
Wanneer de vergadering rumoerig wordt, zodat het normale verloop van de bespreking in het gedrang wordt gebracht, kondigt de voorzitter aan dat hij, bij voortzetting van het rumoer, de vergadering zal schorsen of sluiten.

Indien de wanorde toch aanhoudt, schorst of sluit hij de vergadering. De leden van het comité moeten dan onmiddellijk de zaal verlaten.

Van deze schorsing of sluiting wordt melding gemaakt in de notulen.

§13.
Nadat de leden voldoende aan het woord zijn geweest en indien hij oordeelt dat het agendapunt voldoende werd besproken, sluit de voorzitter de bespreking.

WIJZE VAN STEMMEN

Artikel 6§1.
Voor elke stemming in het bijzonder comité voor de sociale dienst omschrijft de voorzitter het voorwerp van de bespreking waarover de vergadering zich moet uitspreken.

§2.
De beslissingen worden genomen bij volstrekte meerderheid van de geldig uitgebrachte stemmen.

Een volstrekte meerderheid is gelijk aan meer dan de helft van de stemmen, onthoudingen, blanco en ongeldige stemmen niet meegerekend. Bij staking van stemmen is het voorstel verworpen. 

§3.

De voorzitter en de leden van het bijzonder comité voor de sociale dienst stemmen niet geheim.

§4.
Er zijn twee mogelijke werkwijzen van stemmen:

1° de stemming bij handopsteking;

2° de mondelinge stemming.

§5.
De voorzitter en de leden van het bijzonder comité voor de sociale dienst stemmen bij handopsteking behalve als een derde van de aanwezige leden de mondelinge stemming vraagt.

§6.
De stemming bij handopsteking geschiedt als volgt: Nadat de voorzitter het voorwerp van de stemming heeft omschreven zoals bepaald in art. 21, § 1 van dit reglement vraagt hij achtereenvolgens welke leden van het bijzonder comité voor de sociale dienst ‘ja’ stemmen, welke ‘neen’ stemmen en welke zich onthouden. In de notule wordt het resultaat van de stemming genoteerd.

§7.

De mondelinge stemming geschiedt door iedereen van het bijzonder comité ‘ja’, ‘neen’ of ‘onthouding’ te laten uitspreken. De leden doen dat in de volgorde aangewezen door de voorzitter.

§8.
De voorzitter stemt als laatste.

Wanneer er na de stem van de voorzitter evenveel stemmen voor als tegen het voorstel zijn, dan is er staking van stemmen en is het voorstel verworpen. De stem van de voorzitter is niet doorslaggevend als er door zijn stem staking van stemmen is.

NOTULEN

Artikel 7§1.
De notulen van het bijzonder comité voor de sociale dienst vermelden, in chronologische volgorde, de beslissingen van het bijzonder comité voor de sociale dienst. Er wordt geen zittingsverslag opgesteld, en ook geen video- of audio-opname.

§2.

De notulen van de vergadering van het bijzonder comité voor de sociale dienst worden onder de verantwoordelijkheid van de algemeen directeur opgesteld overeenkomstig de bepalingen van artikel 277 en 278 van het decreet over het lokaal bestuur.

§3.

De notulen van de vorige vergadering zijn, behalve in spoedeisende gevallen, ten minste vijf dagen voor de vergadering ter beschikking via de beveiligde website.

§4.

De voorzitter en elk lid van het bijzonder comité voor de sociale dienst hebben het recht tijdens de vergadering opmerkingen te maken over de redactie van de notulen van de vorige vergadering. Als die opmerkingen door het bijzonder comité voor de sociale dienst worden aangenomen, worden de notulen in die zin aangepast.

Als er geen opmerkingen worden gemaakt, worden de notulen als goedgekeurd beschouwd en worden ze door de voorzitter van het bijzonder comité voor de sociale dienst en de hoofdmaatschappelijk assistent of bij afwezigheid de vervangend maatschappelijk assistent ondertekend. In het geval het bijzonder comité voor de sociale dienst bij spoedeisendheid werd samengeroepen, kan het bijzonder comité voor de sociale dienst beslissen om opmerkingen toe te laten op de eerstvolgende vergadering.

§5.

De reglementen, beslissingen, en briefwisseling van het bijzonder comité voor de sociale dienst worden ondertekend door de voorzitter van het bijzonder comité voor de sociale dienst en medeondertekend door de hoofdmaatschappelijk assistent en bij afwezigheid de vervangend maatschappelijk assistent.

De beslissingen en akten van de voorzitter van het bijzonder comité voor de sociale dienst worden door hem ondertekend en medeondertekend door de hoofdmaatschappelijk assistent en bij afwezigheid de vervangend maatschappelijk assistent.

KADER DRINGENDE STEUN

Artikel 8§1.

De voorzitter van het bijzonder comité voor de sociale dienst kan in dringende gevallen, en binnen de grenzen die bepaald zijn in dit artikel, beslissen over de toe te kennen hulpverlening aan personen en gezinnen. Deze hulpverlening kan zowel materieel als financieel van aard zijn (niet limitatief, o.a. voedselpakket, onderdak, financiële steun, …).

§2.

De geldelijke steunverlening mag per hulpvrager per maand echter niet méér bedragen dan het bedrag van het leefloon van de categorie van de hulpvrager, tenzij de dringende steun het verlenen van een huurwaarborg betreft. Het bedrag hiervoor bepaald kan te allen tijde door een beslissing van het BCSD worden herzien.

§3.

Alvorens de dringende hulp toe te kennen, doet de voorzitter van het bijzonder comité voor de sociale dienst alle mogelijke inspanningen om een maatschappelijk werker van het OCMW te bereiken teneinde een sociaal onderzoek te laten plaatsvinden.

§4.

De beslissing van de voorzitter van het bijzonder comité voor de sociale dienst tot dringende hulpverlening dient op de eerstvolgende vergadering van het bijzonder comité voor de sociale dienst te worden voorgelegd met het oog op de bekrachtiging ervan. Ingeval van niet-bekrachtiging blijft de hulpverlening die tevoren werd toegekend, verworven voor de persoon aan wie ze werd toegekend.

§5.

Dezelfde werkwijze wordt gehanteerd als de voorzitter de vereiste dringende hulpverlening toekent aan een dakloze persoon die een beroep doet op de maatschappelijke dienstverlening van het OCMW van de gemeente waar hij zich bevindt.

SLOTBEPALINGEN

Artikel 9.

Dit huishoudelijk reglement treedt in werking op 19 december 2023.

Zitting van 15 januari 2024

Openbare zitting

Openbare zitting

3. De Pendelproeverij. Overeenkomst OCMW Kapellen (bedrijf).  Goedgekeurd.

Feiten en motivering

NV van publiek recht Beheersaatschappij Antwerpen Mobiel, hierna vernoemt als Lantis, zette een testaanbod in de markt om werknemers van bedrijven en inwoners van gemeenten in de Vervoerregio Antwerpen te laten kennismaken met alternatieve vervoersmodi zoals de (elektrische) fiets, speedpedelec, plooifiets, bakfiets, deelfietssystemen of het openbaar vervoer. Dit testaanbod werd gelanceerd onder de naam De Pendelproeverij. Lantis werkt hiervoor samen met partner B2Bike nv.

Met De Pendelproeverij heeft Lantis als doel om inwoners en werknemers in de Vervoerregio Antwerpen te laten kennismaken met alternatieve vervoersmiddelen dan de wagen, dit met het oog op een duurzame modal shift in (woon-werk)verplaatsingen zowel tijdens als na de Oosterweelwerken. Inwoners van deelnemende gemeenten kunnen gedurende 4 weken een door hen gekozen vervoersmiddel gratis uittesten. De Pendelproeverij wordt volledig kosteloos aangeboden aan de deelnemende gemeentebesturen.

Een vergelijkbaar proefaanbod werd al met succes ingezet als flankerende maatregel voor de modal shift in de provincies West- en Oost-Vlaanderen (De Testkaravaan) en Vlaams-Brabant (de Fietstest). Sinds 2017 maakt dit proefaanbod ook deel uit van het programma van Slim naar Antwerpen, waarbij maar liefst 28,7% van de deelnemers het geteste vervoersmiddel heeft aangekocht na afloop van de proefperiode. Ruim 50% plant een aankoop van het geteste vervoersmiddel. Dergelijk testaanbod is dus een succesformule dat gedragsverandering stimuleert. 

De officiële lancering van De Pendelproeverij voor bedrijven vond plaats op 15 mei 2023 in Wommelgem. De lancering voor gemeenten vond plaats tijdens de Week van de Mobiliteit in Brasschaat, waarna De Pendelproeverij verder wordt uitgerold bij gemeenten in de Vervoerregio Antwerpen.

Ook voor bedrijven wordt de mogelijkheid voorzien. Elk bedrijf moet afzonderlijk een overeenkomst maken met Beheersmaatschappij Antwerpen Mobiel waarin zij zich engageren om promotie te maken binnen hun bedrijf. Er worden 3 locaties voorzien voor het ophalen en inleveren van de fietsen. Dit kan bij een bedrijf of op het openbaar domein.

Werknemers kunnen hun gekozen vervoersmiddel ophalen en inleveren op een gekozen moment op drie verschillende locaties. De voorziene periode ligt nog niet exact vast en valt samen met de andere Kapelse bedrijven. Vermoedelijk is dit vanaf de laatste week van november tot eind december 2024.

De levering en ophaling, alsook de organisatie wordt voorzien door Lantis en diens partner B2Bike.

Aan de Raad voor maatschappelijk Welzijn wordt goedkeuring gevraagd tot deelname aan De Pendelproeverij gevraagd volgens de samenwerkingsovereenkomst tussen de OCMW Kapellen enerzijds en NV van publiek recht Beheersmaatschappij Antwerpen Mobiel anderzijds, hier in bijlage, voor de werknemers van het OCMW Kapellen.

Juridisch kader

●                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                             Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017

Financiële gevolgen

Geen financiële gevolgen.

Besluit

STEMMING :

 Eenparig aangenomen.
 

Artikel 1

De Raad voor maatschappelijk Welzijn geeft haar goedkeuring voor deelname aan De Pendelproeverij voor de werknemers van het OCMW Kapellen samen met de andere Kapelse bedrijven.

Artikel 2

De Raad voor maatschappelijk Welzijn keurt de samenwerkingsovereenkomst tussen het OCMW Kapellen en de NV van publiek recht Beheersmaatschappij Antwerpen Mobiel goed.

Samenwerkingsovereenkomst – Pendelproeverij bij OCMW Kapellen

TUSSEN:

OCMW Kapellen, met zetel te Bruggeske 1, 2950 Kapellen, ingeschreven in de Kruispuntbank voor Ondernemingen onder nummer 0212.223.429, hier rechtsgeldig vertegenwoordigd door de heer Dirk Van Mechelen, burgemeester en de heer Danny Van Tiggelen, algemeen directeur. Hierna genoemd ‘het Bedrijf’

EN:

BEHEERSMAATSCHAPPIJ ANTWERPEN MOBIEL naamloze vennootschap van publiek recht, handelend onder de benaming Lantis, met maatschappelijke zetel te 2000 Antwerpen, Sint-Pietersvliet 7, ingeschreven in de Kruispuntbank voor Ondernemingen onder nummer 0860.139.085, hier rechtsgeldig vertegenwoordigd door de heer Luc Hellemans, algemeen directeur, en door de heer Bart Van Camp, directeur omgeving,

hierna genoemd ‘Lantis’

Hierna gezamenlijk de ‘Partijen’ genoemd en ieder afzonderlijk de ‘Partij’;

WORDT UITGEZET ALS VOLGT:

Lantis beoogt de werknemers van bedrijven in de Vervoerregio Antwerpen kennis te laten maken met duurzame vervoermiddelen met het oog op een blijvende modal shift in hun (woonwerk)verplaatsingen.

Lantis zal hiervoor een testaanbod (“de Pendelproeverij”) ter beschikking stellen aan de werknemers van het Bedrijf. Voor het ter beschikking stellen van deze Pendelproeverij werkt Lantis samen met B2Bike BV (hierna “B2Bike”).

Met huidige overeenkomst wensen Partijen afspraken te treffen over het ter beschikking stellen van deze vervoermiddelen en hun samenwerking hieromtrent.

WORDT OVEREENGEKOMEN ALS VOLGT:

Artikel 1 Voorwerp

Huidige overeenkomst heeft als voorwerp de afspraken tussen Partijen omtrent hun samenwerking met betrekking tot de Pendelproeverij.

Artikel 2 Verbintenissen van Lantis

Lantis verbindt zich ertoe volgende alternatieve vervoersmiddelen aan de werknemers van het Bedrijf kosteloos ter beschikking te stellen gedurende een periode van vier of zes weken zodat de werknemers deze kunnen testen en kunnen ontdekken hoe deze hun woon-werkverplaatsingen kunnen verduurzamen:

●       75 Elektrische fietsen

●       50 Speed pedelecs

●       10 Plooifietsen

●       10 Elektrische longtails

●       5 Elektrische bakfietsen

●       10 Stadsfietsen

●       Probeerpassen van de openbaar vervoersaanbieders De Lijn

●       Probeerpassen voor De Waterbus

●       Proefabonnementen voor deelsystemen zoals Donkey Republic en BlueBike

●       Accessoires zoals fietstassen, kinderstoeltjes, helmen …

Lantis staat in voor de verzameling van de inschrijvingen via haar website www.pendelproeverij.be en zal terugkoppelen naar de kandidaat-deelnemers wanneer het/de door hen gekozen vervoermiddel(len) niet beschikbaar is/zijn.

Lantis zal diverse communicatiedragers en -boodschappen ter beschikking stellen aan het Bedrijf om de interne communicatiecampagne te kunnen voeren.

Na afloop van de inschrijvingsperiode maakt Lantis de inschrijvingen over aan het Bedrijf en B2Bike die de vervoermiddelen zal leveren bij het Bedrijf. Het ter beschikking stellen van de vervoermiddelen aan de werknemers door B2Bike zal geschieden volgens de gebruiksvoorwaarden van B2Bike gevoegd als bijlage bij onderhavige overeenkomst. De werknemers zullen deze gebruiksvoorwaarden bij inschrijving uitdrukkelijk moeten aanvaarden.

B2Bike zal, na ontvangst van de inschrijvingen via Lantis, contact opnemen met het Bedrijf voor de praktische afspraken rond de levering en inzameling van deze vervoermiddelen. De levering zal gebeuren in week 48 van het jaar 2023 en de inzameling in week 52 van het jaar 2023 of week 2 van het jaar 2024. Bij de levering wordt een startmoment voorzien waarop vertegenwoordigers van B2Bike praktische informatie verstrekken over de fietsen en proefabonnementen.

B2Bike staat tevens in voor het onderhoud van de fietsen en is ook het aanspreekpunt van de deelnemende werknemers in geval van schade, verlies, diefstal of een ongeval.

Lantis zal de deelnemende werknemers vragen om zowel net na de testperiode als een periode van 6 maanden later deel te nemen aan een korte bevraging die peilt naar de tevredenheid over de actie, de intentie om de eigen woon-werkverplaatsing te verduurzamen en de effectieve modal shift.

De door Lantis geleverde prestaties gebeuren op diens eigen kosten. Het Bedrijf is hiervoor geen vergoeding verschuldigd.

Artikel 3 Verbintenissen van het Bedrijf

Het Bedrijf verbindt zich ertoe een contactpersoon aan te stellen die als aanspreekpunt dient voor de vertegenwoordigers van Lantis en B2Bike. Met deze contactpersoon wordt o.a. de communicatieaanpak besproken en het opstartmoment georganiseerd.

Het Bedrijf zal de door Lantis ter beschikking gestelde communicatiemiddelen inzetten om het testaanbod kenbaar te maken bij haar werknemers en hen engageren deel te nemen door in te schrijven op de website van Lantis.

Het Bedrijf zal de deelnemende medewerkers informeren over de praktische zaken m.b.t. het start- en ophaalmoment.

Voor het opstartmoment moet een ruimte – bij voorkeur buiten – voorzien worden waar de ter beschikking gestelde vervoermiddelen uitgestald worden zodat de deelnemende werknemers deze vervoermiddelen en eventuele extra toebehoren kunnen komen ophalen. Voor de inzameling van de vervoermiddelen zal eveneens ruimte voorzien worden door het Bedrijf.

De contactpersoon van het Bedrijf zal ook instaan voor de verdeling dan wel inzameling van fietssleutels, toebehoren en resterende proefabonnementen van medewerkers die niet aanwezig konden zijn op het opstart- of ophaalmoment.

Na afloop van de testperiode en inzameling van de vervoermiddelen zijn de werknemers van het Bedrijf op geen enkele manier gebonden aan het aanbod van Lantis, B2Bike of andere betrokken organisaties met betrekking tot aankoop, huur of lease van de geteste vervoermiddelen.

De door het Bedrijf geleverde prestaties gebeuren op diens eigen kosten. Lantis is hiervoor geen vergoeding verschuldigd.

Artikel 4 Aansprakelijkheid

Lantis kan op geen enkele wijze aansprakelijk worden gesteld door het Bedrijf voor schade veroorzaakt door de vervoermiddelen aan de deelnemende werknemers dan wel derden.

Schade aan de vervoermiddelen wordt rechtstreeks afgehandeld tussen de betrokken werknemer en B2Bike.

Artikel 5 Duur van de overeenkomst

Deze overeenkomst gaat in vanaf ondertekening door alle Partijen en eindigt op het ogenblik dat alle ter beschikking gestelde vervoersmiddelen zijn teruggegeven.

Artikel 6 Nietigheid

Indien een bepaling van deze overeenkomst in enige mate als nietig, vernietigbaar, onwettig of anderszins niet-bindend moet worden beschouwd, zal deze bepaling, voor zover nodig, uit de overeenkomst worden verwijderd en in onderling overleg tussen de Partijen en op grond van wederzijdse toestemming worden vervangen door een bepaling die wel bindend en rechtsgeldig is en die de inhoud van de betrokken bepaling zoveel als mogelijk benadert. De overige bepalingen van deze overeenkomst blijven onverminderd van kracht, behoudens indien ingevolge de wijziging van de eerste bepaling zich ook een wijziging van gerelateerde bepalingen opdringt.

Artikel 7 Geschillen

Onderhavige overeenkomst wordt beheerst door het Belgische recht. Bij geschillen voortvloeiende uit de overeenkomst zetten de Partijen ten volle in op een onderhandelde oplossing.

Bij gebreke van een minnelijke regeling binnen een redelijke termijn zijn de rechtbanken van het arrondissement Antwerpen bevoegd.

Artikel 8 Bijlagen

1. Gebruikersvoorwaarden B2Bike

Opgemaakt te Antwerpen op 15 januari 2024. Aangezien deze overeenkomst digitaal wordt ondertekend, wordt in overeenstemming met artikel 8.20 NBW slechts één (digitaal) exemplaar van deze overeenkomst opgemaakt. Elke partij wordt in het bezit gesteld van een (digitaal) ondertekend exemplaar.

Voor OCMW Kapellen

Dirk Van Mechelen  Danny Van Tiggelen

Burgemeester  Algemeen directeur

Voor Lantis

Bart Van Camp  Luc Hellemans

Directeur omgeving  Algemeen directeur

Zitting van 15 januari 2024

Openbare zitting

Openbare zitting

4. Uitwerking REMI-tool.  Goedgekeurd.

Feiten en motivering

Op Vast Bureau van 04/09/2023 en RMW van 18/09/2023 werd het voorlopige gebruik van de REMI-tool goedgekeurd.

Wat is REMI samengevat: de federale overheid voorziet een leefloon voor iedereen die in armoede leeft, aan personen die tussen de mazen van het sociale zekerheidsnet vallen om zodoende een menswaardig bestaan te waarborgen. We merken hier echter regelmatig dat het bedrag leefloon ontoereikend is en anticiperen hierop via eigen middelen zoals huurtoelage en 10% steun. op basis van wetenschappelijk onderzoek is de REMI-tool ontwikkeld. De REMI-tool is een zeer handig instrument om op maat van ieder gezin te onderzoeken in welke mate het gezinsinkomen toereikend is, net om menswaardig te kunnen leven. Het gezinsinkomen wordt vergeleken met de hoogte van de referentiebudgetten( deze budgetten geven een antwoord op de vraag hoeveel inkomen een gezin minimaal nodig heeft om volwaardig aan de maatschappij te kunnen deelnemen. Het prijskaartje van alle goederen en diensten samen geeft aan wat de ondergrens is. Wie een inkomen heeft dat hieronder ligt, kan niet volwaardig deelnemen aan de samenleving. Elk jaar worden de goederen en diensten opnieuw geprijsd).

In september hadden we onvoldoende accurate gegevens om tot een volledig uitgewerkt plan te komen. We gingen van start met een proefproject waarin we onderzochten hoe we de REMI-tool lokaal konden toepassen en de eigen steunen integreren met een tijdspanne tot einde 2023. Basisprincipes:

Ieder dossier individueel beoordelen; uitwerking van een afsprakenkader uit; afwijkingen steeds mogelijk mits grondige motivatie; onnodige uitgaven reduceren; indien nog geen GPMI wordt een activeringstraject uitgewerkt tenzij vrijstelling hiervan.

Tijdens dit proefproject passen we onze eigen steunen verder toe en keren we een vast REMI bedrag uit voor enkel leefloondossiers van 60euro/dossier indien de tool een negatief saldo aangeeft (indien er reeds eigen steunen in een dossier verleend worden dan zullen deze eerst in mindering gebracht worden).

Een volledig plan van aanpak gebaseerd op voldoende testdossiers werd sedertdien uitgewerkt. Alsook een afsprakenkader kwam tot stand.

We onderzochten 89 dossiers van de in totaal 118 dossiers. Volgende resultaten werden bekomen :

We maakten een onderscheid in 4 categorieën : alleenstaanden, eenoudergezinnen met kinderen, gezinnen met kinderen, samenwonenden.

We zijn voor die dossiers gaan kijken wat het gemiddeld tekort is en dit geëxtrapoleerd naar alle dossiers

62 van de 89 (70%) hebben een tekort  (Grootste tekort = 1644,89 / Kleinste tekort = 19,64).

Gemiddeld tekort is 342 euro  per dossier per maand

Totaal  484.434 euro per jaar

Beschikbare budgetten (voorlopig enkel voor 2023 en 2024):

Budget REMI 2023: 24.441 – 4320 ( 10%) –  4800(remi)= 15321 euro over

Budget REMI 2024: 24441 voor 10 maanden--> dit bedrag is onzeker en kan minder worden als meer gemeentes intekenen op de Remi

Eigen Budgetten die ingebracht worden:

●       31.250 (huurtoelage)

●       14.000 (steun boven de steunnorm)

●       20.800 (10%)

●       600 (steun in natura)

●       5000 (eindejaarstoelage)

●       8000 (vakantietoelage)

●       4800 (schooltoelage)

Totaal: 84450 euro

Totaal incl REMI 2024: 84450 + 24441 + 15321 = 124.212 euro

Dit is 25,5 % van totaal tekort per jaar

Als we inzoemen op de categorieën en rekening houden met het beschikbaar budget van 25% dan stellen we telkens 75% van het gemiddeld tekort als remgeld voor.

34 alleenstaanden

●       Gemiddeld -244

--> Voorstel remgeld evenredig 183 (75%)

23 eenoudergezinnen met kinderen(25.8%)

●       Gemiddeld -505

-->Voorstel remgeld evenredig 379 (75%)

11 gezinnen met kinderen(12.4%)

●       Gemiddeld – 566

-->Voorstel remgeld evenredig 424 (75%)

21 samenwonenden(23,60%)

●       Gemiddeld: -104

-->Voorstel remgeld evenredig 78 (75%)

*Per dossier kan de Remi-bijdrage niet meer zijn dan 600 euro per maand.

*Er zullen steeds uitzonderlijke gevallen zijn die onvoldoende ondersteund worden via de tool . Hiervoor zullen we nog uitzonderlijk gebruik maken van de steun boven de steunnorm en behouden we nog 5.000,00 euro van het begroot budget.

*Daarnaast zullen we met deze werkwijze regelmatig facturen ten laste nemen die teruggevorderd worden. Hiervoor wordt er bijkomend 5.000,00 euro voorzien.

Juridisch kader

●                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                             KB 22 januari 2023 houdende een toelage voor het gebruik van de REMI-tool.

●                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                             Beslissing Vast Bureau van 20 maart 2023

●                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                             Beslissing Vast Bureau van 04 september 2023

●                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                             Beslissing RMW van 18 september 2023

Financiële gevolgen

OCMW Kapellen heeft een bedrag van 26.109,90 euro ontvangen in kader van de REMI-tool. Van dit bedrag dient enerzijds de licentiekost, zijnde 1.667,38 euro, betaald te worden. Anderzijds kan er 24.441,71 euro effectief besteed worden aan individuele dossiers van de sociale dienst. De verleende steun wordt geregistreerd op MJP002317.

Om het budget ook optimaal te spenderen zullen we deze toelage tevens spenderen voor financiering van de 10% steun voor de periode 09-12/2023.

Budget REMI 2023:                                                                                                                                                                                   24.441,71                                                                                                                                                                                   –  4.320,00     ( financiering 10%)                                                                                                                                       –  4.800,00     (boeking remi 09-12/23)                                                                                                                           -------------                                                                                                                                                                                     15.321,00

Budget REMI 2024:                                                                                                                                                          24.441,71 euro voor 10 maanden (03/24-12/24) -->Dit bedrag is nog niet zeker

We brengen onderstaande eigen financiële steunen die onder het REMI-budget:

31.250 (huurtoelage)                                                                                                                                                 14.000 (steun boven de steunnorm)                                                                                                                  20.800 (10%)                                                                                                                                                                                    600 (steun in natura)                                                                                                                                                          5.000 (eindejaarstoelage)                                                                                                                                                   8.000 (vakantietoelage)                                                                                                                                                       4.800 (schooltoelage)                                                                                                                                            -----------                                                                                                                                                                         84.450,00euro

Totaal incl REMI: 84.450,00 + 24.441,71 + 15321 =  124.212 euro voor 2024 beschikbaar

Tekort volgens Remi: 484.434 euro/jaar of 342 euro/per dossier/maand. Voor 25,5% is er budget.

Van het budget steun boven de steunnorm wordt 5.000,00 euro behouden. Bijkomend wordt er nog 5.000 euro aan toegevoegd. 

Besluit

STEMMING :

 Eenparig aangenomen.
 

Artikel 1

De raad voor maatschappelijk welzijn gaat akkoord met de voorgestelde werkwijze van gebruik REMI budget.

Artikel 2

De raad voor maatschappelijk welzijn gaat akkoord met de opzegging van de werkwijze van een deel van de eigen steunen( huurtoelage; 10% steun; steun boven de steunnorm; steun in natura; eindejaarstoelage; vakantietoelage; schooltoelage). Deze worden vervangen door het gebruik van de Remi-tool.

Artikel 3

De raad voor maatschappelijk welzijn gaat akkoord met het afsprakenkader in functie van de REMI-tool.